Joods & christelijk platform
voor reflectie 
op de actualiteit

Reactie van thinc. bij Open brief aan NOS

Op 28 oktober stuurden OPINIE-pijler en The Hague Initiative for International Cooperation (thinc.) een Open brief aan de NOS over de berichtgeving betreffend de Joodse nederzettingen op de westelijke Jordaanoever in Israël. In een reactie ontkent de NOS desinformatie verspreid te hebben. Hieronder de nadere reactie van thinc. die naar de NOS is verstuurd (vetgedrukte tekst door red.).

 

Het internationaal recht met betrekking tot deze kwesties (de status van de gebieden en de kwestie of nederzettingen legaal zijn of niet) is zowel complexer  en genuanceerder  dan de NOS doet voorkomen. In die zin is de stelling dat "de nederzettingen in het gebied een schending van het internationaal recht zijn" niet compleet, en dus niet juist.

Het lastige van het internationaal recht is, dat het vaak moeilijk is om te bepalen wat het internationaal recht zegt en hoe het in bepaalde situaties dient te worden toegepast. "De algemeen heersende opinie" is een slechte graadmeter van wat het internationaal recht in een bepaalde situatie wel of niet zegt. Wat wordt bedoeld met "algemeen heersende opinie"? Wie bepaalt dat? Opinies zijn niet onbelangrijk, maar de enige opinies die gelden om te bepalen wat het internationaal recht zegt zijn de opinies van juridische tribunalen of hoogstaande juristen.

VN-resoluties mogen niet zonder meer  aangehaald worden als bewijs van wat het internationaal recht wel of niet zegt over een bepaalde kwestie. Resoluties van de Algemene Vergadering van de VN zijn politieke instrumenten, en zeker niet bindend. Zelfs resoluties van de Veiligheidsraad zijn niet bindend (tenzij onder Hoofdstuk VII van het VN Verdrag aangenomen). Resolutie 2334 is onder Hoofdstuk VI aangenomen en is dus niet bindend.

Belangrijker nog is het feit dat het internationaal recht alleen over het gedrag van staten gaat. De stelling dat "de nederzettingen" illegaal zijn is dus niet juist. Resolutie 2334 veroordeelt Israël, niet "de nederzettingen" zelf. Dat is een wezenlijk verschil. Volgens de Veiligheidsraad zijn niet de nederzettingen illegaal, maar het beleid van de Staat Israël. Zie ook de "Wall" Advisory Opinion van het Internationaal Gerechtshof (2004) (para 120)Hierbij gaat het om toepassing van artikel 49 lid (6) van de Vierde Geneefse Conventie, dat bezettende machten (dus Staten) verbiedt om eigen bevolking te verplaatsen ("transfer or deport") naar bezet gebied. Zoals het Internationaal Gerechtshof en de belangrijkste juristen (waaronder Dinstein en Crawford) op dit gebied benadrukken, is het niet verboden om Israëliërs − als zodanig − toestemming te geven om in de bezette gebieden te wonen of te werken. Israëliërs die − zonder aanmoediging of organisatie door de Staat − in de gebieden wonen of werken overtreden het internationaal recht niet.

Om een "nederzetting" als illegaal te kwalificeren moet er o.a. sprake zijn van bewoners die door de Staat Israël worden georganiseerd, aangemoedigd of bevoordeeld. Er zijn vele nederzettingen waar Joden wonen in huizen die al vele decennia eigendom zijn van Joden, al van voor 1948. Dat is − tenzij door de Staat georganiseerd − niet verboden.

Wat de status van de gebieden betreft: het al dan niet "bezet" zijn van een gebied zegt niets over de status van het gebied − in de zin van wie is de soeverein. Vaak wordt aangenomen dat het feit dat de gebieden "bezet" zijn betekent dat zij niet van Israël zijn. Dat is gewoon niet waar en kan ook niet aangetoond worden. Ook al zijn de door Israël in 1967 veroverde gebieden "bezet" in termen van het internationaal humanitair recht, dat wil niet zeggen dat zij niet onderdeel van de Staat Israël (kunnen) zijn. Binnen het internationaal recht lopen de meningen over de status van de Westbank en Oost-Jeruzalem zeer uiteen, zoals ook afgelopen jaar weer duidelijk werd toen een vijftigtal vooraanstaande juristen en organisaties hun zienswijzen indienden bij het Internationaal Strafhof m.b.t. de “situatie in Palestina”. De meeste juristen betwistten niet dat de gebieden bezet zijn; de helft dan de juristen vond dat de gebieden onderdeel zijn (of zouden moeten zijn) van een Palestijnse Staat, terwijl de andere helft vond dat de status van de gebieden "onbepaald" of "betwist" is, en/of slechts door middel van onderhandelingen bepaald kan worden. Er is wat dat betreft geen "algemeen heersende opinie" onder juristen over de territoriale status van de gebieden.

De stelling dat "de nederzettingen in het gebied een schending van het internationaal recht zijn" is dus in algemene zin niet waar en vergt op zijn minst uitleg.

Wij roepen de NOS op om de zo essentiële nuance in de berichtgeving te brengen; als zij dat niet doet is er sprake van desinformatie.

 

Deel dit bericht:

cross