Nieuwe Israëlnota van de PKN.

Op 19 april 2024 bracht de Generale Synode van de PKN een nieuwe Israëlnota uit onder de titel:
Uw Koninkrijk kome. Als pelgrims onderweg met Joden en Palestijnse christenen.
Bijdrage tot bezinning en heroriëntatie en handreiking voor gesprek.
U kunt deze nota vinden op de website van de PKN.
De vorige was de IP-nota uit 2008.
Op 22 april en 21 mei j.l. nodige de Protestantse Raad een aantal organisaties uit werkzaam op het gebied van de Joods-christelijke relaties om met elkaar van kritisch van gedachten te wisselen over deze nieuwe conceptnota.
Drie leden van ons bestuur zijn bij deze vergadering aanwezig geweest en we hebben daar onze kritiekpunten op deze nota kunnen zeggen. Een definitieve versie moet nog verschijnen na goedkeuring door de synode in november a.s. en we zijn benieuwd of en wat er met de inbreng van de verschillende geledingen is gedaan.
Voor ons blijft belangrijk de in de Kerkorde geformuleerde unieke relatie met het volk Israël, de waarde van het vak judaïca voor aankomende theologen/dominees en een duidelijke bijbels-theologische onderbouwing van die unieke relatie.

Wij hebben de synodeleden de volgende notitie doen toekomen voor hun gedachtebepaling bij het vaststellen van de definitieve PKN-nota:

Notitie kerk en Israël
Aangeboden door Appèl Kerk en Israël.
De Kerkorde van de Protestantse Kerk spreekt zich in Artikel I meteen uit over de verbondenheid van de kerk met Israël:
Artikel I
1. De Protestantse Kerk in Nederland is overeenkomstig haar belijden gestalte van de ene heilige apostolische en katholieke of algemene christelijke Kerk die zich, delend in de aan Israël geschonken verwachting, uitstrekt naar de komst van het Koninkrijk van God.
7. De kerk is geroepen gestalte te geven aan haar onopgeefbare verbondenheid met het volk Israël. Als Christus-belijdende geloofsgemeenschap zoekt zij het gesprek met Israël inzake het verstaan van de Heilige Schrift, in het bijzonder betreffende de komst van het Koninkrijk van God.
Het gaat dus niet om een hobby van de Protestantse Kerk, maar om een wezenlijk element van de ene heilige apostolische en katholieke Kerk. Die Kerk staat niet op zichzelf, maar deelt in de verwachting die aan Israël geschonken is. Dat is haar bron en voedingsbodem en zo beweegt zij in de tijd.
In Ordinantie 1, Artikel 2 lid 1 en 2 wordt het gesprek met Israël gestipuleerd:
1. De kerk is geroepen in al haar geledingen het gesprek met Israël te zoeken en gestalte te geven
aan de verbondenheid met het volk Israël.
2. De generale synode – daarin bijgestaan door organen van de kerk die op dit terrein werkzaam
zijn – heeft hierbij in het bijzonder tot taak:
– het onderzoek van de Heilige Schrift ten aanzien van de vragen met betrekking tot Israël te bevorderen,
– leiding te geven aan
– de verdieping en verbreding van het inzicht van de kerk in de weg van God met Israël en
– het gesprek met Israël,
– het inzicht in en bestrijding van antisemitisme te bevorderen,
– de gemeenten toe te rusten tot de ontmoeting met Israël,
– de aandacht voor de plaats van joodse leden van de kerk te bevorderen,
– de arbeid ten behoeve van Israël in de verschillende geledingen van de kerk te coördineren.

Hoe kan de kerk in deze tijd gestalte geven aan de roeping tot onopgeefbare verbondenheid?

Gesprek is het kernwoord in de kerkorde. In het gesprek dat de kerk zoekt zal zij eerst en vooral moeten luisteren naar het Jodendom. Grond voor het gesprek is de blijvende verkiezing van Israël en de trouw van God, die o.a. blijken uit het voortbestaan van Israël door alle tijden heen en vandaag ook in de terugkeer naar het land van de belofte en het herstel van een onafhankelijk volksbestaan zoals uitgedrukt in de staat Israël. De tweede grond voor het gesprek is het besef dat wij, om navolgers van Jezus te kunnen zijn, kennis dienen te hebben van de Joodse traditie.
In deze tijd dient de kerk ook het gesprek met de Joodse gemeenschap in Nederland te zoeken met de vraag: waar is nu behoefte aan? De kerk moet haar solidariteit met de Joodse gemeenschap in Nederland te allen tijde in de praktijk laten blijken.
De kerk moet ook het gesprek met Joodse partners in Israël zoeken (niet alleen met humanitaire organisaties via KiA). Daarvoor zou opnieuw een ‘luisterpost’ in Jeruzalem ingesteld moeten worden. Het gaat om werkelijk luisteren naar wat er in Israël gaande is. De kerk onthoudt zich daarbij van ongefundeerde en vooringenomen internationaalrechtelijke uitspraken, maar bevestigt ondubbelzinnig het bestaansrecht van de staat en het zelfbeschikkingsrecht van het Joodse volk. De kerk wijst een boycot van Israël categorisch af.

Lernen
De Bijbel is een Joods boek, geschonken aan Israël. Om haar Joodse gesprekspartner beter te leren kennen zal de kerk zich in het gesprek met Israël verdiepen in de Joodse bronnen. Dat zal ook leiden tot een dieper verstaan van haar eigen bronnen, i.c. de evangeliën en de apostolische geschriften (het ‘Nieuwe Testament’). Theologische uitwisseling over het verstaan van de Schriften is noodzakelijk, ook
gezien Israëls eigen unieke relatie tot het land. Daartoe zal de kerk de bestudering van de Joodse bronnen (Tenach en Talmoed) faciliteren voor voorgangers en gemeenteleden. Ook in de theologische opleidingen (zoals PThU en nascholing predikanten) behoort dit een vaste en verplichte plaats te hebben.

Antisemitisme
De kerk zoekt de publiciteit om antisemitisme in de samenleving te benoemen en te veroordelen.
Plaatselijke gemeentes worden regelmatig herinnerd om zich bewust te worden van antisemitisme en dat te bestrijden. Dat heeft ook betrekking op onze manieren van Bijbeluitleg en hoe we in prediking, liturgie, catechese en vorming en toerusting spreken over Joden.

Palestijnen
De relatie van de kerk met Israël is enig in haar soort en van een andere orde dan andere relaties die de kerk heeft. Israël is de voedingsbodem van het christelijke geloof. De relatie met Israël is daarom onvervangbaar. Deze term is duidelijker dan ‘onopgeefbaar verbonden’. De opdracht is om dit besef ‘gestalte geven’.
Palestijnse christenen zijn oecumenische partners. Wat de kerk in art. I van de KO belijdt over de kerk, heeft dus ook op hen betrekking. Ook zij delen in de aan Israël geschonken verwachting.
Theologische uitwisseling met hen over de betekenis van deze gedeelde opdracht is noodzakelijk, gezien de eigen relatie van de Palestijnen met het land Israël.
Er moet ook gesproken worden over de positie van kerken en christelijke gemeenten in het Midden-Oosten. Zij hebben het zwaar, met name in landen als Libanon, Syrië, Jordanië, Irak, Egypte en ook in de Palestijnse gebieden. Sommige kerken zijn daardoor bijna verdwenen. Alleen in de rechtsstaat Israël groeit het aantal christenen.

Comments are closed.